Het nieuwe Warenwetbesluit Meel en brood gaat in per 1 juli 2020. Het besluit kent specifieke eisen voor de naamgeving van brood. Maar hoe ga je om met fantasienamen voor broden?

De belangrijkste wijzigingen per 1 juli zijn de aanduidingen voor meergranenbrood, (zuur)desem, (zuur)desembrood, en de drogestof-eis voor midden- of middengroot brood. Ook producten als suikerbrood en krentenbrood hebben straks een warenwettelijke naam. Hierin geef je aan welk type product het is en welke graansoort(en) is of zijn gebruikt. De NBOV krijgt regelmatig vragen over het nieuwe Warenwetbesluit Meel en brood; ook over de regels voor de naamgeving van broden. Bakkers vragen zich bijvoorbeeld vaak af of zij onder het nieuwe Warenwetbesluit nog wel met fantasienamen voor hun broden mogen werken. Dat mag, maar let wel op de volgende zaken:

1. Fantasienamen voor broden als Zaanse snijder, Damrak of Waterlander mag je ook na 1 juli 2020 gebruiken.
2. Je vermeldt bij deze producten ook de warenwettelijke naam op het schapkaartje. Dit is bijvoorbeeld “Damrak”, volkoren tarwespeltbrood.
3. Twijfel je welke naam het beste past? Zoek dan aan de hand van het stroomschema bij de graansoorten naar de beste naam. Het NBC heeft daarvoor een rekentool. Ook een aantal bakkerijsoftwareprogramma’s geeft een idee voor de naam.

Meer informatie

Op de NBOV-website vind je onder Warenwetbesluit alle informatie over het Warenwetbesluit, inclusief een downloadbare factsheet en stappenplan. Voldoe uiterlijk op 30 juni 2022 aan de nieuwe wet.